Bestrijding van kledingmotten
De ontdekking van kledingmotten is een ramp voor je textielcollectie. Een kledingmotten plaag veroorzaakt veel schade aan kleding, meubels, tapijten en ander textiel. Heb je een paar motjes ontdekt, dan is het zaak om zo snel mogelijk de plaag de kop in te drukken. Op deze pagina hebben we alles op een rijtje gezet om kledingmotten natuurlijk en gifvrij te bestrijden en hoe je een nieuwe besmetting kan voorkomen.
Op deze pagina
Klik op de titel om direct naar de juiste informatie te gaan:
Kledingmotten bestrijden: stap voor stap
Hoe kom ik van kledingmotten af?
Herkennen van kledingmotten: dit zijn de signalen
Hoe voorkom je kledingmotten in huis?
Verschillende soorten kledingmotten herkennen
Waarom sluipwespen en feromoonvallen belangrijk zijn bij bestrijding
Veelgemaakte fouten bij het bestrijden van kledingmotten
Veelgestelde vragen over het bestrijden van kledingmotten
Kledingmotten bestrijden: stap voor stap
Een kleding mottenplaag wordt vaak gesignaleerd wanneer er gaatjes in textiel ontstaan of als er motjes rondvliegen in huis. Zodra je de kledingmotten hebt opgemerkt, is het zaak om in actie te komen. Kledingmotten en hun larven verblijven vaak op rustige plekjes. Zie je een paar motten vliegen, dan bestaat de kans dat dit het topje van de ijsberg is en er dus veel meer motten en larven aanwezig zijn in huis. Volg dit stappenplan om de plaag direct tegen te gaan:
- Ga op zoek naar de besmettingsbron
Probeer er eerst achter te komen waar de kledingmotten en hun larven zich bevinden. De larven zitten in en op stoffen en hebben een voorkeur voor dierlijk materiaal. Denk aan wol, bont, leer en dierenvachten. Het liefst verblijven de larven op rustige plekjes, waar het lekker donker is. - Schud kleding en textiel uit en was alles
Heb je de bron gevonden, dan is het zaak om alle textiel goed te controleren. Schud kleding en textiel uit om actieve larven of motten los te maken. Als er larven uit de kleding vallen, kan je die snel verwijderen met de stofzuiger. Na het uitschudden is het belangrijk om kleding te wassen op minimaal 60° C om de motteneitjes en larven uit te schakelen. Textiel waar dit niet mee kan, zou je ook kunnen invriezen. Laat het minimaal 12 uur in de vriezer zitten. - Maak de kleding opslag goed schoon
Voordat je de kleding weer opbergt, moet je de opslagruimtes goed schoonmaken. Stofzuig de garderobekast of opslagruimte grondig. Besteed speciale aandacht aan stoffige hoekjes en spleten. Plekken waar stof ophoopt (bijvoorbeeld achter een kast), kunnen een voedingsbodem worden voor een nieuwe plaag. Maak ook laatjes en opbergdozen goed schoon van binnen. Ben je klaar met stofzuigen, dan leeg je zo snel mogelijk de stofzuiger of je vervangt de stofzuigerzak. Het afval doe je in een afgesloten vuilniszak en kan je het beste snel uit huis verwijderen. In de stofresten kunnen larven namelijk overleven en een nieuwe plaag beginnen. - Zet feromoonvallen in om de plaag te monitoren
Met een feromoonval voor kledingmotten vang je mannelijke motten. Ze komen op de lokstof van feromonen af en blijven kleven in de val. Door mannelijke motten weg te vangen kan je deels de voortplanting vertragen en daarnaast in de gaten houden hoe de plaag zich ontwikkelt. Plaats de val in de garderobekast, op zolder, onder het bed of waar je ook maar potentieel motten tegenkomt. - Gebruik sluipwespen om de plaag te bestrijden
De belangrijkste stap om volledig van de kledingmottenplaag af te komen, is het gebruik van sluipwespen. Met sluipwespen pak je de plaag aan bij de bron. De superkleine wespjes parasiteren namelijk motteneitjes, waardoor er geen nieuw motje uit kan komen en de voortplantingscyclus wordt doorbroken.
Hoe kom ik van kledingmotten af?
De strijd aangaan met kledingmotten begint met het stappenplan dat hierboven is omschreven. Hiermee heb je een goede start gemaakt en vervolgens is het belangrijk om de plaagontwikkeling goed in de gaten te houden. De natuurlijke bestrijdingsmethode van kledingmotten is gericht op het doorbreken van de voortplantingscyclus van de motten. Dit is niet iets wat van de ene op de andere dag voor elkaar is, maar dit vergt een aantal weken en een goeie dosis doorzettingsvermogen.
Berg kleding die je niet gebruikt goed op
Hoe minder voeding in de vorm van textiel en stof beschikbaar is voor de mottenlarven, des te sneller kom je van de plaag af. Heb je al je kleding en textiel gecontroleerd en uitgewassen, berg dan op wat je voorlopig niet nodig hebt. Doe de kleding in bakken die je goed kan afsluiten om te voorkomen dat mottenlarven erbij kunnen.
Kleding die je wel bij de hand wil houden, kan je het best ophangen in plaats van stapelen. Mottenlarven hebben de voorkeur voor rustige, donkere plekjes. Een stapeltje kleding is daarom een fijne schuilplaats, in hangende kleding schuilen ze liever niet.

Berg kleding die je niet gebruikt goed op in een afgesloten container of vacuümzak.
Regelmatig schoonmaken
Blijf regelmatig stofzuigen en schoonmaken op de besmettingsplaats. Vooral plekken waar stof makkelijk ophoopt, moet je goed schoon houden. Lucht je kleding om de paar dagen en schud het. Zo signaleer je direct eventuele motten en larven.
Zet na twee weken nieuwe sluipwespen in
Heb je sluipwespen ingezet, dan hoef je daar in eerste instantie verder niet zoveel mee te doen. De sluipwespen gaan actief op zoek naar motteneitjes om te parasiteren en voorkomen zo dat er nieuwe larven uitkomen. Wel is het zaak om de behandeling met sluipwespen te herhalen. Een sluipwespje leeft maar een week of drie en de populatie sluipwespen neemt naar verloop van tijd af. Dit terwijl er ook net weer nieuwe motten kunnen uitkomen die weer nieuwe eitjes gaan leggen. Door na 2 weken een nieuwe populatie in te zetten, worden ook de laatst achtergebleven motteneitjes bestreden.
Blijf monitoren met een feromoonval
Met een feromoonval kan je in de gaten houden hoe de mottenplaag zich ontwikkelt. Vang je steeds minder motten in de val, dan gaat het goed met de plaagbestrijding. Neemt het aantal motten in de val toe, dan is het tijd om extra maatregelen te nemen. Zet extra sluipwespen in of herhaal de behandeling met sluipwespen nog een derde of soms zelfs vierde keer.
Chemisch bestrijden van kledingmotten
Door consequent te zijn met schoonmaken en feromoonvallen en sluipwespen met regelmatige tussenpozen in te zetten, kom je in de meeste gevallen binnen enkele weken van de plaag af. In sommige gevallen is de mottenplaag echter zo heftig dat natuurlijke bestrijders het niet kunnen bijbenen. Dan kan een behandeling door een professionele verdelger de laatste optie zijn. Dit zijn grondige, maar kostbare behandelingen, waar ook gif aan te pas komt. Chemische bestrijdingsmiddelen zullen snel zichtbaar geven, maar kunnen ook schade aanrichten bij andere insecten die juist nuttig zijn. Ze vormen daarnaast ook een gezondheidsrisico voor mensen en (huis)dieren en er kan resistentie ontwikkeld worden tegen het middel.
Herkennen van kledingmotten: dit zijn de signalen
Hoe eerder je een motteninfectie signaleert, des te makkelijker is het om de kleding motten te bestrijden. Motten kunnen zich onder de juiste omstandigheden razendsnel voortplanten. Een mottenplaag is vaak niet zichtbaar tot je schade ontdekt en motjes ziet vliegen. Maar is er eenmaal schade, dan kan je ervan uitgaan dat de plaag al flink ontwikkeld is. Dit zijn (vroegtijdige) signalen waar je op kan letten:
- Zichtbare larven
Kledingmottenlarven zien er wormachtig uit. Ze hebben een bruine kop en een crème-wit lijf. De larven zijn ongeveer 7 tot 9 mm groot. - Zijden buisjes en webben
Larven spannen zijde-achtige, vaak buisvormige webben om in te leven. Je vindt deze webben terug op wol, dekens en vloerkleden. - Kleine poppen die vastgeklampt zitten aan diverse materialen
Poppen van kledingmotten kan je op diverse plekken tegenkomen, maar meestal vind je ze op de plek waar de larven ook leven. Soms verlaten de larven hun leefplek om te gaan verpoppen. Een pop is bruin van kleur en zo’n 6 mm groot. Met een spinseldraad zit de cocon ergens aan vast. De larven kunnen tot wel 5 meter tegen de muur omhoog kruipen. - Schade aan wollen tapijten
Een (vintage) wollen tapijt is een beruchte broedplaats voor motten. Controleer het daarom goed op schade, vooral in hoekjes die niet of nauwelijks betreden worden. Dit is bijvoorbeeld onder de bank of salontafel. - Rondvliegende motten
Een heel duidelijk signaal is de aanwezigheid van volwassen motten. Je ziet ze vaak wanneer je gaat schoonmaken op een plek waar je niet vaak komt. De motten vliegen op of kruipen weg. - Schade bij dierlijk materiaal
Kledingmotten hebben een sterke voorkeur voor dierlijk materiaal. Ze kiezen dus het liefst voor wol, bont, haar, leer of veren. Ook opgezette dieren kunnen door mottenlarven worden aangevreten. Zijn er geen dierlijke producten aanwezig, dan kiezen de larven voor andere materialen. Denk aan pluizen en stoffige hoekjes, katoen of linnen.
Hoe voorkom je kledingmotten in huis?
Voorkomen is natuurlijk altijd beter dan genezen. Heb je een kledingmottenplaag in huis gehad, dan wil je natuurlijk voorkomen dat er een nieuwe opleving komt. Gelukkig zijn er veel dingen die je kan doen om kledingmotten in huis te voorkomen.
- Houd je kleding schoon
Kleding die is gedragen is extra aantrekkelijk voor mottenlarven. Er blijft namelijk huidvet achter in gedragen kleding. Een kledingstuk dat vaker is gewassen, wordt minder aanlokkelijk. Natuurlijk is niet alle kleding en textiel geschikt om vaak te wassen. Die kan je eventueel laten stomen of regelmatig controleren en uitkloppen. - Berg kleding goed op
Kleding die je niet veel gebruikt, kan je het beste schoon opbergen in goed afgesloten kunststof containers of zakken. Dit hoeven niet per se vacuümzakken te zijn, zolang de larven er maar niet bij kunnen komen. - Ventileren en luchten
Zorg dat je goed ventileert en kleding en textiel regelmatig lucht. Mottenlarven verblijven het liefst op rustige plekjes, dus kleding die vaak even uit de kast komt, zal sneller met rust gelaten worden. - Ophangen in plaats van stapelen
Kledingmotten lijken de voorkeur te geven aan gestapelde kleding. Vermoedelijk omdat ze het er lekker donker en rustig vinden. In kleding die hangt zal je zelden mottenlarven tegenkomen. - Tweedehands en vintage kleding controleren en reinigen
Hou je van tweedehands en vintage kleding? Controleer het dan goed voor je het mee naar huis neemt. Vintage kleding, maar ook tapijten en gestoffeerde meubels kunnen een besmettingsbron zijn. Let bijvoorbeeld op stoelvullingen of laatjes in katjes. - Schoonmaken
Blijf opslagplaatsen van kleding en ander textiel regelmatig schoonmaken. Hoekjes en kiertjes waar stof blijft liggen, kunnen een voedingsbodem zijn voor nieuwe motteneitjes en larven. Door stof niet te laten ophopen, houd je dit onder controle.
Verschillende soorten kledingmotten herkennen
Je kan twee soorten kledingmotten in huis tegenkomen. De Klerenmot (Tineola bisseliella) en de Gewone Pelsmot (Tinea Pellionella). Beide motten lijken sterk op elkaar en hebben dezelfde voorkeuren qua voedsel.
Klerenmot en Gewone Pelsmot herkennen
De volwassen motten zijn 7 à 8 mm lang en hebben een spanwijdte van zo’n 11-17 mm. De voorvleugels zijn beige tot lichtbruin en glanzen een beetje. De achtervleugels zijn iets lichter van kleur. Het meest duidelijke uiterlijke verschil tussen beide motten is dat de Gewone Pelsmot drie donkere stipjes op de voorvleugels heeft.
Voor het bestrijden van de plaag maakt het weinig uit welke van de twee soorten je in huis hebt, de aanpak is namelijk hetzelfde. Waar je wel rekening mee moet houden, is dat je mogelijk (ook) last hebt van voedselmotten. De bestrijding daarvan vergt een iets andere aanpak. Lees hier meer over op onze pagina over bestrijding van voedselmotten.
Oorsprong en levenscyclus van kledingmotten
Van origine komt de Klerenmot uit gebieden met een tropisch of subtropisch klimaat. Pas vanaf de 18e eeuw, toen men op grote schaal kachels in huis kreeg, heeft de mot zich hier gevestigd. Je vindt ze ook alleen binnenshuis, in de vrije natuur komen ze niet voor. De Gewone Pelsmot kan je wel in de natuur tegenkomen.
Voor beide motten geldt dat je ze, omdat wij onze huizen verwarmen, binnenshuis het hele jaar kan tegenkomen. Wel is er vaak een piek in het voorjaar en de zomer, als de buitentemperaturen ook hoger zijn.
Een volwassen mot zorgt niet voor schade. Het enige wat de volwassen motten doen is voortplanten. Een vrouwtje kan tot 100 eitjes leggen en doet dit op plekken waar voeding te vinden is, dus in de buurt van stof. Uit de eitjes komen na 7-10 dagen larven. De larven spinnen een buisje waar ze in kunnen schuilen. Afhankelijk van de temperatuur, hoeveel voeding er beschikbaar is en wat de kwaliteit van de voeding is, duurt het larvestadium tussen de 4 en 10 maanden. Hoe warmer en hoe meer materiaal van dierlijke oorsprong er beschikbaar is, des te sneller is de larve volgroeid. Hierna is de larve klaar om te verpoppen, het verpoppen duurt 2-6 weken. Uit de pop komt een volwassen mot. Je ziet de motjes eigenlijk alleen ‘s avonds vliegen. Ze leven hooguit 4 weken en houden zich alleen maar bezig met voortplanten.
Waarom sluipwespen en feromoonvallen belangrijk zijn bij bestrijding
Motten volledig bestrijden op een milieuvriendelijke, veilige en doeltreffende manier doe je met sluipwespen en feromoonvallen. De inzet van deze natuurlijke bestrijders is onmisbaar in de strijd tegen kledingmotten. Het schoonmaken, opbergen en uitwassen van textiel is vaak namelijk niet voldoende om een plaag tegen te gaan. Motten leggen enorm veel eitjes die ook nog eens heel erg klein zijn. De kans is groot dat je met schoonmaken een paar eitjes mist, die weer de start kunnen zijn van een nieuwe plaag. Natuurlijke bestrijders, zoals feromoonvallen en sluipwespen, geven je precies het extra steuntje in de rug dat je nodig hebt om van de mottenbesmetting af te komen.
Zo werken feromoonvallen tegen kledingmotten
Een vrouwelijke mot scheidt feromonen uit. Mannelijke motten kunnen de geur van deze feromonen van grote afstand ruiken. Zodra ze dit hebben waargenomen willen ze niets liever dan paren met het vrouwtje. Ze zullen alle bezigheden staken en hun reukorgaan volgen. Omdat feromonen zo’n krachtige werking hebben op mannetjesmotten, is de feromoonval een enorm effectief middel. De val bevat een lokstof met daarin de feromonen van kledingmotten. Mannetjes komen hier op af en blijven kleven in de val.
De feromoonval helpt je op twee manieren. Deels vertraag je de voortplanting door het wegvangen van mannelijke motten. Het meest effectief zijn ze daarnaast voor het monitoren van de plaag. Omdat larven een lange tijd kunnen overleven (het larvestadium kan tot 10 maanden duren), kan een beginnende plaag ongemerkt al een tijd ergens sluimeren. Door altijd een feromoonval in je kledingopslagplaats te plaatsen, weet je snel of er motten aanwezig zijn en kan je de juiste maatregelen treffen. Aan de hand van het aantal motten dat je vangt, krijg je een beeld van de ontwikkeling van de plaag. Vang je steeds minder, dan gaat het goed met bestrijden, vang je steeds meer, dan zijn er extra maatregelen nodig.
Zo werken sluipwespen tegen kledingmotten
Dé mottenbestrijder is de sluipwesp. Sluipwespen komen wijdverspreid voor in de natuur en het zijn parasitoïden. Dit wil zeggen dat ze een gastheer nodig hebben om te kunnen overleven en dat de gastheer hierdoor zal sterven. Tegen motten gebruik je een mix van Trichogramma sluipwespen. Dit zijn heel kleine wespjes, niet groter dan 1 mm, die motteneitjes nodig hebben om te overleven. Ze gebruiken de eitjes om hun eigen eitjes in te leggen en om zich mee te voeden. Hierdoor komt er geen mottenlarve meer uit het eitje.
Het voordeel van deze aanpak is dat je de mottenplaag aanpakt bij de bron. Je bestrijdt ze dus al voordat ze uit hun eitje zijn gekomen en voorkomt zo larven, poppen en volwassen motten.
Het gebruik van sluipwespen klinkt spannend, maar is volkomen veilig. De sluipwespen zijn zo klein dat je nauwelijks merkt dat ze er zijn. Ze hebben maar één missie: motteneitjes opsporen. Ze steken niet en vallen mensen, dieren en planten verder niet lastig. Ook hoef je niet bang te zijn dat je de mottenplaag inwisselt voor een sluipwespenplaag. Eén sluipwespje leeft maar een paar weken en heeft een motteneitje nodig om te kunnen overleven. Zijn die niet meer te vinden, dan verdwijnen de sluipwespen vanzelf.

Je ontvangt de sluipwespen op een kaartje. Dit kaartje vouw je uit en hang of plaats je op een plek waar je motten(larven) hebt gezien.
Veelgemaakte fouten bij het bestrijden van kledingmotten
Kledingmotten bestrijden kan een lastig karweitje zijn. Doordat kledingmotten zich snel voortplanten, kan een plaag binnen de kortste keren weer de kop opsteken. Het natuurlijk bestrijden van kledingmotten vergt tijd en inzet. Door het verkeerd aan te pakken, blijft het mottenprobleem steeds weer terugkeren. Dit zijn veelgemaakte fouten in het bestrijdingsproces:
- Alleen volwassen motten wegvangen
De volwassen motten die je ziet rondvliegen maken de plaag het meest zichtbaar, maar zijn eigenlijk maar het topje van de ijsberg. Volwassen motten doen niets anders dan paren en eitjes leggen. Met een feromoonval vang je alleen de mannelijke motten weg. Die kunnen al gepaard hebben, dus de vrouwtjesmotten blijven gewoon eitjes doorleggen. Gebruik feromoonvallen daarom niet als bestrijder, maar als hulpmiddel om de plaagontwikkeling te monitoren. - Cederhout tegen motten gebruiken
Vaak worden cederhout blokjes aangeboden als natuurlijk middel tegen motten. De motten houden namelijk niet van de geur van ceder en blijven weg. Het is een gifvrij, natuurlijk middel om je garderobe te beschermen, maar niet afdoende als er al een plaag aanwezig is. Het cederhout doet namelijk niets tegen de al aanwezige motteneitjes en larven. Gebruik cederhout niet als bestrijder, maar leg het eventueel op diverse plekken neer nadat je kledingmotten met sluipwespen bestreden hebt. Zo kan je mogelijk voorkomen dat er een nieuwe plaag ontstaat. - Je kleding en textiel niet controleren en reinigen voor je met bestrijders begint
Ben je van plan om sluipwespen in te zetten, dan is het belangrijk om ze een goede start te geven. Controleer daarom eerst alle mogelijke besmettingsbronnen, klop kleding goed uit en was het op minstens 60° C. Hiermee zorg je dat je een flink aantal motteneitjes en larven kwijt bent, maar er blijven altijd eitjes en larven achter die je niet direct kan terugvinden. Juist daar gaan de sluipwespen achteraan. Hoe meer eitjes en larven je alvast zelf uit de weg hebt geruimd, hoe makkelijker de bestrijding met sluipwespen wordt. - Opslagruimtes en hoekjes onvoldoende schoonmaken
Schoonmaken is een ontzettend belangrijke stap in het bestrijdingsproces. Er hoeft maar een klein beetje stof in een hoekje te blijven liggen en je hebt weer een voedingsbodem voor nieuwe motten. Blijf daarom regelmatig grondig stofzuigen op de plekken waar je kleding en textiel opslaat. Vergeet hoekjes en kiertjes niet mee te nemen, bijvoorbeeld onder het bed, achter een kast of boven op een randje. - Mottenballen gebruiken in een kledingkast
In het verleden bevatten mottenballen kamfer, wat effectief was, maar ook zeer giftig. De mottenballen die nu gebruikt worden, zijn een stuk minder schadelijk, maar nog steeds zijn het middelen die niet per se goed zijn voor je gezondheid en het milieu. Kies je voor mottenballen, denk dan goed na over hoe en waar je het inzet. Als je ze gebruikt, dan bij voorkeur in een goed afgesloten ruimte. Bijvoorbeeld in een kist die je voor langere tijd opslaat of een zolder waar je niet dagelijks komt. Mottenballen geven hun gifstof langzaam vrij. Bij gebruik in een kledingkast wordt geadviseerd om de kast zo veel mogelijk dicht te houden. Aangezien je een kledingkast over het algemeen dagelijks nodig hebt en opent, betekent dit dat de dampen ook buiten de kast terechtkomen. Dit maakt de mottenballen minder effectief in de kast. Bovendien zijn de dampen schadelijk voor je gezondheid en kan het ook nuttige insecten doden.
Veelgestelde vragen over het bestrijden van kledingmotten
Hoe snel kunnen kledingmotten schade veroorzaken?
Schade aan kleding wordt veroorzaakt door de larven van kledingmotten. Zodra de larven uit hun eitje komen, hebben ze direct honger en gaan ze vreten. Er kan, bij optimale omstandigheden, binnen slechts enkele dagen schade ontstaan. Het is daarom heel belangrijk om snel te handelen als je een paar motjes hebt zien vliegen.
Zijn kledingmotten schadelijk voor de gezondheid?
Nee, kledingmotten zijn op zichzelf niet schadelijk voor je gezondheid. Wel kunnen ze grote materiele schade veroorzaken aan allerlei textiel en kunnen ze opslagplaatsen verontreinigen met hun spinsels en uitwerpselen.
Kan ik mottenballen gebruiken tegen kledingmotten?
Mottenballen bevatten giftige stoffen die weliswaar effectief zijn tegen de motten, maar ook gezondheidsrisico’s voor mensen met zich meebrengen. Gebruik ze daarom niet in je kledingkast of slaapkamer.
Werken sluipwespen ook tegen kledingmotten?
Onze sluipwespen zijn geschikt om te gebruiken voor het bestrijden van diverse motten die je in huis kan tegenkomen. Dit kunnen voedselmotten zijn, maar ook tegen kledingmotten zijn ze geschikt.
Hoe lang duurt het voordat kledingmotten volledig verdwenen zijn?
Over het algemeen duurt het enkele weken om van de mottenplaag af te komen. Blijf in ieder geval gebruik maken van feromoonvallen en sluipwespen tot er geen tekenen van een nieuwe besmetting meer zijn. De sluipwespen zet je ten minste twee keer in met een tussenpoos van twee weken. Monitor daarnaast de plaag met een feromoonval. Eén feromoonval blijft 6 weken actief. Vervang de val eerder als de val vol is of de kleefkracht is afgenomen. Omdat larven van kledingmotten tot wel 10 maanden in leven kunnen blijven, is het belangrijk om regelmatig je kleding te blijven controleren op nieuwe besmetting.