Gele plekken in het gras, losliggend gazon, kale plekken die worden omgewoeld door vogels. Als tuinliefhebber heb je vast en zeker last gehad van vervelende larven die het op je grasmat hebben gemunt. De uitdaging zit ‘m in het onderscheiden met welke plaag je te maken hebt: engerlingen of emelten? Beide vragen om een andere aanpak, dus is het belangrijk om het verschil tussen de plaaginsecten te leren herkennen.
Hoe herken je engerlingen?
Engerlingen zijn de larven van bladsprietkevers. Denk aan de meikever, sallandkever, rozenkever, snuitkever of junikever. Je herkent de larve aan zijn witgekleurde lijf, bruingekleurde kop en donkergrijs achterlijf. Verder hebben engerlingen zes voorpootjes.
Welke schade richten engerlingen aan?
Van volwassen bladsprietkevers heb je weinig last. Ze eten bladeren en bloemen, maar dat zal je nauwelijks merken. Het zijn de larven, engerlingen, die veel schade aanrichten. Engerlingen vreten aan wortels van gras, bomen en planten. Met name op het gazon is dit goed zichtbaar. Je ziet geelbruine plekken en soms losliggend gazon. Ook zal je merken dat vogels de verdorde plekken verder gaan omwoelen. Zij eten de engerlingen namelijk graag op. Resultaat is een grasmat die steeds kaler wordt.
Hoe herken je emelten?
Emelten zijn larven van de langpootmug. Emelten hebben een bruin lijf en geen pootjes. Emelten maken drie larvale stadia door. In de eerste twee stadia zijn ze erg klein en door hun aardebruine kleur zal je ze niet direct ontdekken. Volgroeide emelten zijn ongeveer 4 cm groot en daardoor een stuk beter te herkennen.
Welke schade richten emelten aan?
De langpootmug doet eigenlijk geen vlieg kwaad, maar legt graag eitjes af in gras. De larven die hier uitkomen, de emelten, vreten stukken plant die zich net onder of net boven de grond bevinden. Favoriet zijn grasstengels of bijvoorbeeld groene klaverblaadjes, maar ook de moestuin moet er soms aan geloven. Zo kan je emelten vinden bij bijvoorbeeld aardappels, kool, sla, spinazie of bieten. Ze vreten groene blaadjes af en trekken deze onder de grond om op te eten. Hierdoor gaat de plant rotten. Op je gazon zie je gele plekken en afstervend gras ontstaan, vergelijkbaar met schade van engerlingen.
Zo ontdek je het verschil tussen engerlingen en emelten
Omdat de schade die engerlingen en emelten aanrichten op het oog vrijwel hetzelfde is, worden engerlingen en emelten vaak met elkaar verward. Gelukkig zijn er aantal kenmerken waardoor je ze van elkaar kan onderscheiden.
- Het uiterlijk van engerlingen en emelten verschilt van elkaar. Zo zijn ze verschillend van kleur, hebben engerlingen overduidelijk pootjes en emelten juist niet. Zie je kale plekken, steek dan op die locatie een spade in de grond en kijk goed wat voor plaaginsect naar boven komt. Je zal snel zien of je met engerlingen of volwassen emelten te maken hebt. Let wel: emelten die zich in larvestadium 1 of 2 bevinden, zijn erg klein en hebben dezelfde kleur als aarde. Die zijn daardoor lastiger te herkennen.
- Hoewel de schade in eerste instantie vergelijkbaar lijkt, zie je wel degelijk verschil in schade aangericht door engerlingen of emelten. Bij engerlingen in het gazon gaat het verdorren van het gras geleidelijk. Het eerste jaar merk je wellicht wat gele plekken op, een jaar later is de schade ineens een stuk groter. De grasmat komt op bepaalde plekken los te liggen en kan je oprollen als een tapijt. Onder het gras zie je de engerlingen liggen. Emelten zijn vooral dol op gras en klaverblad. Zij eten niet zozeer wortels, maar meer stengels en bladeren. Planten gaan hierdoor rotten, wat voor gele en bruine plekken zorgt.
- Engerlingen en emelten zijn op verschillende momenten actief. Engerlingen zie je in het voorjaar en zomer, met een piek in april en mei en een piek in juli en augustus. Emelten zijn een echte najaarsplaag. Die zijn het meest actief in september en oktober. Met behulp van onze bestrijdingskalender kan je goed timen wanneer je de beide plagen het beste kan bestrijden.
Engerlingen en emelten biologisch bestrijden
Zowel engerlingen als emelten kan je bestrijden met aaltjes. Wel heb je verschillende aaltjes nodig voor een effectieve bestrijding. Voor engerlingen heb je Heterorhabditis bacteriophora aaltjes nodig. Deze aaltjes zijn effectief als biologische bestrijders van poppen en larven van bladsprietkevers. Emelten bestrijd je met Steinernema carpocapsae aaltjes. Deze aaltjes kan je niet alleen inzetten tegen emelten, maar zijn ook een effectieve bestrijder tegen diverse rupsen, teken en vlooien.
Maak het jezelf makkelijk: het uitzetten van aaltjes kan namelijk nauwkeurig en snel met behulp van de Birchmeier Aquanemix 1.24 V sproeier. Zeker voor grote oppervlaktes, zoals een gazon, is de sproeier een ideaal hulpmiddel. Na het bestrijden van engerlingen of emelten is het tijd om de schade aan het gazon te herstellen. Hiervoor is DCM Graszaad Herstel sterk aan te bevelen. Je gras zal er snel weer als vanouds uitzien!